Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 595
Basisinstallatiemethode Tabel en kolom
Toelaatbare stroom in enkelvoudige
stroomketens met isolatiemateriaal van: Correctiefactor
voor
Isolatie van
thermoplast
(PVC) Isolatie van
thermoharder
(XLPE/EPR) Mine-
rale
isola- tie Omge-
vings-
tempe- ratuur Verza-
meling van
lei-
dingen
Aantal belaste aders
2 3 2 3 2 - 3
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Meeraderige
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 601
Tabel 52.B.7 — Toelaatbare stroom in A voor installatiemethode C genoemd in tabel 52.B.1
Isolatiemateriaal: mineraal
Situatie: niet aanraakbaar en niet in
aanraking met brandbaar
materiaal
Kernmateriaal: koper Temperatuur metalen mantel 105 °C
Mantelmateriaal: koper; zonder
PVC-buitenmantel Omgevingstemperatuur: 30 °C
Nominale kerndoorsnede
mm
2 Aantal en configuratie
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
606 Tabel 52.B.12 — Toelaatbare stroom in A voor inst
allatiemethoden E, F en G genoemd in tabel 52.B.1
Isolatiemateriaal: XLPE of EPR Kerntemperatuur: 90 °C
Kernmateriaal: koper Omgevingstemperatuur: 30 °C
Installatiemethoden genoemd in tabel 52.B.1
Nomina
le
kerndo
or-
snede
mm
2 Meeraderige kabel
Eenaderige kabel
Twee
belaste aders Drie belaste
aders Twee
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
614 Tabel 52.B.20 — Correctiefactoren voor verzamelingen die bestaan uit meer dan één meeraderige
kabel, toe te passen op standaard waarden voor de toelaatbare stroom voor meeraderige kabels in
de vrije lucht – Installatiemethode E genoemd in tabellen 52.B.8 tot en met 52.B.13
Installatiemethode genoemd in tabel 52.A.3 Aantal
kabel-
banen Aantal kabels per kabelbaan 1 2 3 4 6
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
624
c) Indien het aandeel van de derde harmonische 50 % van de fasestroom bedraagt, moet de kerndoorsnede
wederom worden bepaald aan de hand van de stroom in de nul. De ontwerpstroom wordt dan:
39
0,5 3 = 58,5 A (52.E.4)
Bovendien moet volgens tabel 52.E.1 een correctief actor van 1 worden toegepast en moet een kabel
worden gekozen met een kerndoorsnede van 16 mm
2.
Alle
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
628
Bijlage 52.H
(informatief)
Voorbeelden van parallelgeschakelde leidingen
De in bepaling 523.7 genoemde speciale configuratie kan zijn:
a) voor vier drieaderige kabels het aansluitschema: R1S1T1, R2S2T2, R3S3T3, R4S4T4; hierbij mogen de kabels elkaar raken;
b) voor zes eenaderige kabels (twee eenaderige ka bels per fase) en twee eenaderige kabels voor de nul:
1) in
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 629
Figuur 52.H.3 — Speciale configuratie voor zes eenaderige kabels (twee eenaderige kabels per fase) en twee eenaderige kabels voor de nul in driehoek (zie 523.7)
OPMERKING D e is de buitenmiddellijn van de kabel.
Figuur 52.H.4 — Speciale configuratie voor negen eenaderige kabels (drie eenaderige kabels
per fase) en drie eenaderige kabels voor de nul in het platte vlak
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
634 Tabel 52.I.4 — Toelaatbare stroom in A voor hulpstroomleidingen voor basisinstallatiemethoden
D1 en D2 (zie bepaling 523.2)
Isolatiemateriaal: PVC of XLPE
Kernmateriaal: koper
Hoogste toelaatbare kerntemperatuur: 70 °C voor PVC
90 °C voor XLPE
Temperatuur van de grond: 20 °C
Installatiemethode genoemd in tabel 52.B.1
Aantal
belaste
draden of
aders D1 en D2
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 635
Tabel 52.I.5 — Toelaatbare stroom in A voor
buigzame hulpstroomleidingen (zie bepaling 523.2)
Isolatiemateriaal: rubber of PVC
Kernmateriaal: koper
Hoogste toelaatbare kerntemperatuur: 60 °C voor rubber
70 °C voor PVC
Omgevingstemperatuur: 30 °C
Aantal
belaste
draden of aders Kerndoorsnede
mm 2
0,75 1 1,5 2,5
1 2 3 4 5
2 6 10 16 25
3 5 9 14 22
4 5 8 13
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 645
n Bijlage 53.F
(informatief)
Beveiligingstoestellen tegen ko rtsluiting van leidingen
Aan het bepaalde in 533.3 kan worden voldaan indien:
a) smeltpatronen een zodanige uitschakelkarakteris tiek hebben dat het snijpunt hiervan met de stroom-
tijdkarakteristiek van de hoogste toelaatbare thermi sche belasting bij kortsluiting van de te beveiligen
leiding een stroom oplevert
Zoeken in de website
135 resultaten
Back-upbeveiliging, ook wel bekend als escortebeveiliging
In Rubriek 536 van NEN 1010:2020 wordt het onderwerp ’Coördinatie van elektrisch materieel voor beveiligen, scheiden, schakelen, besturen en bedienen‘ uitgebreid uitgewerkt.
Onderstaand artikel over selectiviteit had ik al eerder geschreven.
Selectiviteit is een onderdeel van ’Coördinatie‘. Ook ’Back-upbeveiliging‘ valt onder de verzamelnaam: ’Coördinatie’.
Coördinatie uit rubriek 536 gaat
Is toepassing van NEN 1010 verplicht?
In Nederland moeten elektrische installaties in gebouwen voldoen aan het Bouwbesluit. Dit verwijst voor laagspanningsinstallaties (tot 1000 V wisselspanning) naar NEN 1010. Wanneer een elektrische installatie voldoet aan NEN 1010, bestaat ‘het vermoeden van overeenstemming’ met deze wettelijke eisen.
Gelden er voor een elektrische installatie in een besloten ruimte andere eisen?
Nee, NEN 1010 maakt geen onderscheid tussen besloten en niet-besloten ruimten.
Kan ik de norm ook als pdf downloaden?
Dit is mogelijk, alleen is dit wel voor eigen gebruik.
Wat is Werken met NEN 1010?
'Werken met NEN 1010' is een online platform voor de professionele e-installateur. Zo is hier altijd de laatste NEN 1010 en NPR 5310 digitaal te vinden. Verder is er een overzicht van wet- en regelgeving. Daarnaast biedt Werken met NEN 1010 allerlei handige functionaliteiten. Dit allemaal voor slechts € 378,- per jaar.
Hoe is de indeling van NEN 4010?
Anders dan NEN 1010 kent NEN 4010 geen delen en rubrieken. De norm is, zoals de meeste normen, ingedeeld in hoofdstukken en paragrafen.
De hoofdstukken 4 en 5 zijn gebaseerd op achtereenvolgens deel 4 en 5 van NEN 1010.
De eisen voor bijzondere ruimten (deel 7 van NEN 1010) zijn niet als een apart hoofdstuk opgenomen. Het zijn aanvullende eisen, die in de desbetreffende paragrafen van de hoofdstukken
Wanneer gebruik ik NEN 4010 en wanneer gebruik ik NEN 1010?
NEN 4010 is bedoeld voor veelvoorkomende werkzaamheden aan elektrische installaties voor laagspanning in de Nederlandse installatiepraktijk.
NEN 4010 is van toepassing op elektrische installaties die worden aangebracht in ruimten, in gebouwen of op terreinen die bestemd zijn voor:
bewoning;
zakelijke doeleinden;
publieke functies;
industriële doeleinden;
landbouw, tuinbouw
Welke elektrische installaties vallen binnen het toepassingsgebied van NEN 4010?
NEN 4010 is van toepassing op elektrische installaties voor laagspanning die worden aangebracht in ruimten, in gebouwen of op terreinen die bestemd zijn voor:
— bewoning;
— zakelijke doeleinden;
— publieke functies;
— industriële doeleinden;
— landbouw, tuinbouw of veeteelt.
Deze norm is ook van toepassing op buitenverlichting die is aangesloten op de hiervoor genoemde elektrische
Wanneer kun je NEN 4010 niet gebruiken?
NEN 4010 is niet te gebruiken voor de volgende elektrische installaties en onderwerpen:
Gelijkstroominstallaties (DC);
IT-, IU- en IM-stroomstelsels;
TN-C-stroomstelsels;
Beveiliging tegen overspanning veroorzaakt door aardfouten;
Laagspanningsopwekeenheden.
Daarnaast is NEN 4010 niet van toepassing op elektrische installaties van:
Jachthavens en vergelijkbare terreinen;
Heb ik een NEN 1010-certificaat nodig om elektrische laagspanningsinstallaties te mogen aanleggen?
Er is geen wettelijke verplichting die zegt dat je een certificaat moet hebben om te mogen installeren of inspecteren. Certificaten zijn niet verplicht: niet voor personen en niet voor bedrijven. Het kunnen tonen van een certificaat kan echter wel helpen om klanten te overtuigen van de deskundigheid van betreffende bedrijf/persoon.