Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 597
Tabel 52.B.3 — Toelaatbare stroom in A voor installatiemethoden genoemd in tabel 52.B.1
Isolatiemateriaal:
XLPE of EPR Hoogste toelaatbare kerntemperatuur: 90 °C
Aantal belaste aders: 2 Omgevingstemperatuur: 30 °C in lucht;
Kernmateriaal: koper of aluminium 20 °C in grond
Installatiemethoden genoemd in tabel 52.B.1
Nominale kern-
doorsnede
mm
2 A1 A2 B1 B2
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
602 Tabel 52.B.8 — Toelaatbare stroom in A voor insta
llatiemethoden E, F en G genoemd in tabel 52.B.1
Isolatiemateriaal: mineraal Situatie: aanraakbaar
Kernmateriaal: koper Temperatuur metalen mantel 70 °C
Mantelmateriaal: koper; met of zonder
PVC-buitenmantel
(zie opmerking 2) Omgevingstemperatuur: 30 °C
Aantal en configuratie van leidingen voor installatiemethoden E,
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 603
Tabel 52.B.9 — Toelaatbare stroom in A voor insta
llatiemethoden E, F en G genoemd in tabel 52.B.1
Isolatiemateriaal: mineraal Situatie: niet aanraakbaar
Kernmateriaal: koper Temperatuur metalen mantel: 105 °C
Mantelmateriaal: koper; zonder
PVC-buitenmantel Omgevingstemperatuur: 30 °C
Aantal en configuratie van leidingen voor installatiemethoden E, F en G genoemd
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
612 Tabel 52.B.19 — Correctiefactoren voor meer dan één stroomketen met kabels in kokers in de
grond – Installatiemethode D1 genoemd in tabellen 52.B.2 tot en met 52.B.5
A) Eén meeraderige kabel per koker
Aantal kabels Afstand a tussen kokers a
Geen
(kokers raken elkaar) 0,25 m
0,5 m 1,0 m
2 0,85 0,90 0,95 0,95
3 0,75 0,85 0,90 0,95
4 0,70 0,80 0,85 0,90
5
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 615
Installatiemethode genoemd in tabel 52.A.3 Aantal
kabel-
banen Aantal kabels per kabelbaan 1 2 3 4 6 9
Kabels op afstand
20 mm
D
e
20 mm
De
1
2
3 1,00
1,00
1,00 1,00
0,99
0,98 1,00
0,98
0,97 1,00
0,97
0,96 1,00
0,96
0,93 –
–
–
OPMERKING 1 De vermelde correctiefactoren zijn gemiddelde waarden die betrekking hebben op alle
kerndoorsneden
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
636 Tabel 52.I.6 — Correctiefactoren
voor buigzame leidingen voor andere omgevingstemperatuur van
lucht dan 30 °C (zie bepaling 523.2)
Omgevings-
temperatuur
°C
Factor
15 1,22
20 1,15
25 1,08
30 1,00
35 0,91
40 0,82
45 0,71
50 0,58
55 0,41
Dit document is door NEN onder licentie verstrekt aan: / This document has been supplied under license by NEN to:
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
638
Soort leiding Kenmerken/mechanische
belasting a Leidingtypen a
Voorbeelden van geschikte
kabeltypen
1 2 3 4 5 6 7
d Niet-buigzame
kabels en
hulpstroom-
kabels met
armering d1
Voor licht
gebruik
VO-XMvKas
d2 Voor normaal/
zwaar gebruik
Moeilijk brandbare
kabels
VO-YMvKasmb,
VG-YmvKasmb,
VG-YMvKasmb rss Halogeenvrije
moeilijk brandbare
kabels
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 643
Bijlage 53.D
(informatief)
Installatie van overspanningsaflei ders type 1, 2 en 3,
bijvoorbeeld in TN-C-S-stelsels
OCPD2
5
PE
2
3
1 OCPD1
EN 62305-4
OCPD3
4
7
OCPD2
8 9
6
PEN
N L3 L2 L1
HD 60364-4-443
10
10
S
P
D S
P
D S
P
D S
P
D S
P
D S
P
D S
P
D
S
P
D S
P
D
IEC 949/02
Legenda
1 voedingspunt van de installatie
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 661
Bijlage 54.C
(informatief)
Installeren van in beton aangebrachte fundatieaardelektroden
54.C.1 Algemeen
Beton dat wordt gebruikt voor de fundering van gebouwen heeft een zekere geleidbaarheid en heeft in het
algemeen een groot contactoppervlak met de grond. D aarom kunnen blanke metalen elektroden die in beton
zijn aangebracht, worden gebruikt voor aardingsdoeleinden
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 669
Bijlage 55.A
(informatief)
Uitleg van symbolen die worden ge bruikt in verlichtingsarmaturen, in
voorschakelapparatuur voor verlichtingsarmaturen en bij de installatie
van de verlichtingsarmaturen
Kortsluitvaste (inherent of niet
-inherent) veiligheidstransformator
(NEN-EN-IEC 61558-2-6:2009)
Verlichtingsarmatuur met b
eperkte oppervlaktemperatuur
(NEN-EN-IEC
Zoeken in de website
135 resultaten
Aanduiding kabels
In onderstaande foto is de aanduiding van de groen-gele kabel niet juist.
514.3.5 Aanduiding van eenaderige kabels en installatiedraden
Faseleidingen moeten over de gehele lengte worden aangeduid met de kleur bruin of zwart of grijs. Het gebruik van een van deze kleuren voor alle faseleidingen in een stroomketen is toegelaten.
De enkelvoudige kleuren groen of geel mogen niet worden
Kabelondersteuningen en omhulsels
Goed of fout?
NEN 1010 bepaling 522.8.11 zegt: Kabelondersteuningen en omhulsels mogen geen scherpe randen hebben die de kabels of geïsoleerde geleiders kunnen beschadigen.
Uitbreiding NEN 1010 met energiebesparing en slimme installaties
De klant van de installateur wordt steeds kritischer en wil vaker berekeningen zien waarin zichtbaar is tot welke klasse een installatie behoort. Denk daarbij aan energiebesparing, maar ook aan besparing op materiaalgebruik. Een goede installateur kan zich daarbij onderscheiden door een energiezuinige installatie te ontwerpen, maar ook door dit inzichtelijk te maken voor de klant. Twee uitbreidingen
'Er is behoefte aan duidelijkheid'
NEN 4010 biedt de elektrotechnische branche een handzame en leesbare versie van NEN 1010
De NEN 1010:2015/C2:2016 is zonder twijfel de belangrijkste norm op het gebied van elektrotechnische installaties. Maar omdat de normtekst veelomvattend is, bestaat er sinds enige jaren ook een beter leesbare versie: de Nederlandse norm NEN 4010 – Elektrische installaties voor laagspanning − Eisen voor de algemene
Is het verplicht een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer (PV-installaties)?
Tekst: Rob Kaspers
De vraag of het verplicht is een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer, kom ik vaak tegen. Ik vroeg ik mij af wat de aanleiding van die vraag kan zijn. Kijkend op internet zie ik dat sommige fabrikanten, groothandels en installatiebedrijven stellen dat NEN 1010 deze werkschakelaar verplicht stelt bij een omvormer. Ik citeer een stukje uit een artikel van in dit
VRAGEN NEN 1010 LIVE
Op het online evenement op 10-10-2020 over de wijzigingen in NEN 1010 en NEN 4010 zijn veel vragen gesteld. Hieronder een deel van de vragen.
Normvragen
Algemeen
1. Waar is de norm te bestellen?
De norm NEN 4010 is vanaf dinsdag 12 oktober te bestellen in de NEN-shop. www.nen.nl
NEN 1010 is helaas nog niet klaar. De normcommissie heeft nog één bepaling waar zij nog over een besluit
Onduidelijkheid over aarden en vereffenen
Commissie NEC 64-9 roept externe expertise in.
De elektrotechnische markt is een ingewikkelde markt. Installateurs worden voortdurend geconfronteerd met nieuwe ontwikkelingen. En daarbij biedt NEN 1010 niet altijd uitkomst, enerzijds omdat normen in de regel achter de ontwikkelingen op de markt aanlopen, anderzijds omdat de normtekst niet altijd even begrijpelijk is. Dit laatste probleem speelt
Welke type Surge Protective Device (SPD)moet worden toegepast?
In het vorige artikel heb ik op basis van rubriek 443 uit NEN 1010:2020 aangegeven wanneer het noodzakelijk is een SPD toe te passen. SPD staat voor: Surge Protective Device (overspanningsbeveiliging). In dit artikel welk type SPD moet worden toegepast.
Auteur: Rob Kaspers
Een SPD zorgt ervoor dat overspanningen worden begrensd door een korsluiting van heel korte duur (enkele microseconden)
Wijzigingen NEN 1010:2020 in de praktijk van de installateur (2)
In deze serie artikelen over NEN 1010:2020 vestig ik de aandacht op enkele wijzigingen die concreet invloed hebben op de praktijk van de installateur, ontwerper, inspecteur of installatieverantwoordelijke.
Tekst: Rob Kaspers
Wel of geen overspanningsbeveiliging (SPD) toepassen?
Overspanningen in de elektrische installatie kunnen ontstaan door een atmosferische ontlading (blikseminslag). Ook
Hoe wordt de PV-installatie beschermd tegen overspanningen?
Hoofdstuk 712 uit NEN 1010:2020 geeft de installatie eisen aan voor PV-systemen.
Rubriek 712.534 gaat in op beveiligingstoestellen tegen transiënte overspanningen (ook blikseminslag valt daar onder). In dit artikel de eisen voor de bescherming van de PV-installatie
PV-systeem in combinatie met bliksembeveiligingsinstallatie (LPS)
Bij bescherming van het PV-systeem door een LPS, zorgt een vrijstaande