Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
61.F.1.9 Ondertekening
Het inspectierapport behoort te zijn ondertekend door degene(n) die de inspectie heeft (hebben) uitgevoerd of iemand die hen vertegenwoordigt. De datum van ondertekening behoort daarbij te zijn vermeld.
709.A
Bijlage 709.A(informatief)Voorbeelden van stroomvoorziening in jachthavensFiguur 709.A.1
—
Directe aansluiting op een eenfasenetvoedingOPMERKING 1In de figuren 709.A.1 t.m. 709.A.5 worden geen bedieningsschakelaars weergegeven.OPMERKING 2Er bestaat een risico van elektrolytische corrosie ten gevolge van circulerende galvanische stromen in de beschermingsleiding naar de wal.nOPMERKINGRCD is toestel
709.A
Bijlage 709.A(informatief)Voorbeelden van stroomvoorziening in jachthavensFiguur 709.A.1
—
Directe aansluiting op een eenfasenetvoedingOPMERKING 1In de figuren 709.A.1 t.m. 709.A.5 worden geen bedieningsschakelaars weergegeven.OPMERKING 2Er bestaat een risico van elektrolytische corrosie ten gevolge van circulerende galvanische stromen in de beschermingsleiding naar de wal.nOPMERKINGRCD is toestel
709.B.3
De veiligheidsinstructie behoort ten minste de volgende elementen te bevatten:INSTRUCTIES VOOR AANSLUITINGEN OP DE VOEDING VANAF DE WAL1) In te vullen door de beheerder van de jachthaven.Op deze jachthaven is een directe, geaarde aansluiting op de walvoeding aanwezig.Algemeen
a) Tenzij u een beschermingstransformator hebt die aan boord is aangesloten om het elektrische stelsel op uw vaartuig van
710.C
Bijlage 710.C(informatief)Bescherming tegen elektromagnetische interferentie (EMI) in gebouwinstallatiesIndien de magnetische inductie B bij 50 Hz op de postitie van de patiënt niet boven de volgende waarden komt, zijn geen verstoringen te verwachten:— Btt = 1-10−7 Tesla bij een elektromyogram (EMG);— Btt = 2-10−7 Tesla bij een elektro-encefalogram (EEG);— Btt = 4-10−7 Tesla bij een elektrocardiogram
721.B.313 Voedingbronnen
721.B.313.4 VoedingsbronnenDe installatie behoort te worden gevoed vanuit een of meer van de volgende bronnen:a) de elektrische installatie van het trekkende voertuig;b) een in de caravan gemonteerde hulpbatterij;c) een DC-voeding op lage spanning via een transformator/gelijkrichtereenheid in overeenstemming met NEN-EN-IEC 60335-1 en NEN-EN-IEC 61558-2-6;d) een door een willekeurige energiebron
721.B.521 Soorten leidingsystemen
721.B.521.2 De leidingen behoren een samengeslagen kern van klasse 2 of van klasse 5 te hebben en te voldoen aan NEN 3621 of NEN EN 50525.
721.B.53 Besturings- en beveiligingstoestellen, schakelaars en scheiders
721.B.533 Beveiligingstoestellen tegen overstroom721.B.533.1 Algemene bepalingen721.B.533.1.5 Het beveiligingstoestel tegen overstroom voor de voeding vanaf het trekkende voertuig behoort zo dicht mogelijk bij de hulpbatterij te zijn geplaatst, maar in geen geval op meer dan 1 000 mm daarvandaan. Het beveiligingstoestel tegen overstroom voor de hulpbatterij behoort te zijn aangebracht aan het
721.B.533 Beveiligingstoestellen tegen overstroom
721.B.533.1 Algemene bepalingen721.B.533.1.5 Het beveiligingstoestel tegen overstroom voor de voeding vanaf het trekkende voertuig behoort zo dicht mogelijk bij de hulpbatterij te zijn geplaatst, maar in geen geval op meer dan 1 000 mm daarvandaan. Het beveiligingstoestel tegen overstroom voor de hulpbatterij behoort te zijn aangebracht aan het einde van de batterijkabel en vóór de vaste installatie
721.B.55.3.3 Aansluitklemmen
De aansluitklemmen van hulpbatterijen behoren duidelijk en duurzaam te zijn gemerkt met '+' en '-'. Aansluitingen op klemmen van de hulpbatterij behoren deugdelijk te zijn vastgeklemd of vastgeschroefd om een ononderbroken contact te waarborgen, en behoren te zijn geïsoleerd tenzij de hulpbatterij is voorzien van een isolerende voorziening.
Zoeken in de website
135 resultaten
De eerste stap van een leidingberekening met behulp van NEN 4010:2020+C1:2022
Auteur: Rob Kaspers
Dit artikel is de eerste in een serie over het berekenen van een leiding aan de hand van NEN 4010+C1. In dit eerste artikel ga ik in op het bepalen van de hoogste toelaatbare stroom IZ. Dit is nodig om de leiding op de juiste manier te beveiligen tegen overbelastingsstromen.
HKL
LK1
Figuur 1: LK1 wordt gevoed vanuit HKL.
Voor een utiliteitsgebouw
Datakabel biedt mogelijkheden
Het gebruik van draadloze toepassingen is de laatste jaren flink toegenomen. Toch is wireless nog altijd minder betrouwbaar en stabiel dan bedrading. Databekabeling wint daarnaast terrein als voedingskabel. De juiste berekening van de bedradingsinstallatie is essentieel. Veel installateurs hebben nog te weinig kennis van zaken.
Jan Zeeman is werkzaam bij telematicadistributeur Rexcom en
‘We willen risico’s beheersbaar maken’
Nieuwe norm voor bliksembeveiliging in de maak
Bliksembeveiliging van installaties is een belangrijk onderwerp. Momenteel wordt er gewerkt aan een vernieuwde versie van de norm op dit gebied, NEN-EN-IEC 62305. Volgens Michiel Hartmann, voorzitter van NEN-normcommissie NEC 81 – waaronder de genoemde norm valt – is deze update hoognodig, onder meer vanwege de opkomst van PV-installaties. “Ik pleit
Hele keten aanspreken voor verstoring C2000
In delen van het land zijn er problemen met het C2000-netwerk. Storingen bemoeilijken de communicatie van de hulpdiensten, politie, brandweer en ambulance, die gebruik maken van het systeem. Onderzoek heeft uitgewezen dat PV-installaties de oorzaak zijn.
Eddie Hut, inspecteur Markttoezicht Agentschap Telecom: ”De hele keten is verantwoordelijk.”
“De eerste signalen over de problemen kwamen
Leidingberekening met NEN 4010 deel 2
In het artikel: “Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010”, heb ik stap 1 behandeld uit het onderstaande stappenplan (Figuur 1). Dit artikel vindt u hier: Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010. In dit nieuwe artikel komen de volgende stappen van leidingberekening aan de orde.
Auteur: Rob Kaspers
Figuur 1: Stappenplan uit 5.2.2 van NEN