Zoeken in
Zoeken in normen
6276 resultaten
431.1.2
In een TT- of TN-stelsel mag voor een stroomketen die wordt gevoed door de fasen en waarin
de nulleiding niet is uitgevoerd, in een van de fasen beveiliging tegen overstroom
achterwege blijven onder voorwaarde dat tegelijkertijd aan de volgende voorwaarden wordt
voldaan:a) in dezelfde stroomketen of aan de voedende zijde is een beveiliging aanwezig die
ongebalanceerde belastingen bewaakt en alle
432.4 Kenmerken van beveiligingstoestellen
De uitschakelkarakteristieken van beveiligingstoestellen tegen overstroom moeten
overeenkomen met die als gespecificeerd in, bijvoorbeeld, de
(NEN-)(EN-)IEC 60898-reeks,
NEN-EN-IEC 60947-2,
NEN-EN-IEC 60947-6-2, de
NEN-EN-IEC 61009-reeks,
NEN-HD-IEC 60269-2,
NEN-HD-IEC 60269-3,
NEN-EN-IEC 60269-4 of
NEN-EN-IEC 60947-3.OPMERKINGDit sluit het gebruik van andere toestellen niet uit, mits hun
433.3.2.1
Het bepaalde in 433.2.2 en 433.3.1 voor het op een andere plaats aanbrengen
of het achterwege laten van beveiligingstoestellen tegen overbelasting is niet van
toepassing in IT-stelsels, tenzij elke leiding die niet tegen overbelasting is beveiligd,
wel is beveiligd op een van de volgende wijzen:a) door gebruik van beveiligingsmaatregelen zoals beschreven in rubriek 412;b) door beveiliging van
434.1 Bepaling van de te verwachten kortsluitstromen
De te verwachten kortsluitstroom moet worden bepaald voor elk relevant punt van de
installatie. Dit kan gebeuren door berekening of meting.OPMERKINGDe te verwachten kortsluitstroom op het voedingspunt kan worden verkregen van de
voedingsvoorziening.
434.5.2
Bij kabels en geïsoleerde geleiders moeten alle stromen die worden veroorzaakt door een
kortsluiting, ongeacht waar deze kortsluiting in de stroomketen optreedt, worden onderbroken
voordat de isolatie van de leidingen de hoogste toelaatbare temperatuur heeft bereikt.Bij afschakeltijden van beveiligingstoestellen 300≤300>300 Normale
bedrijfs-temperatuur in °C7090906070105Eindtemperatuur bij
kortsluiting
435 Onderlinge afstemming van beveiliging tegen overbelasting en beveiliging tegen
kortsluiting
435.1 Beveiliging met behulp van één toestelEen beveiligingstoestel tegen overbelastings- en kortsluitstromen moet voldoen aan de van
toepassing zijnde eisen van rubrieken 433 en 434.435.2 Beveiliging met behulp van afzonderlijke toestellenDe eisen uit de rubrieken 433 en 434 zijn van toepassing op respectievelijk het
beveiligingstoestel tegen overbelasting en het beveiligingstoestel tegen kortsluiting.De
435.2 Beveiliging met behulp van afzonderlijke toestellen
De eisen uit de rubrieken 433 en 434 zijn van toepassing op respectievelijk het
beveiligingstoestel tegen overbelasting en het beveiligingstoestel tegen kortsluiting.De karakteristieken van de toestellen moeten onderling zo op elkaar zijn afgestemd dat de
door het beveiligingstoestel tegen kortsluiting doorgelaten energie niet hoger is dan de
waarde die het beveiligingstoestel tegen overbelasting
436 Begrenzing van de overstroom door eigenschappen van de voedingsbron
Leidingen worden geacht te zijn beveiligd tegen overbelasting en kortsluitstromen wanneer
zij worden gevoed door een voedingsbron die geen grotere stroom kan leveren dan de hoogste
toelaatbare stroom van de leidingen (bijvoorbeeld bepaalde soorten beltransformatoren,
bepaalde soorten lastransformatoren en bepaalde soorten thermo-elektrische aggregaten).
442.2 Overspanningen in laagspanningssystemen bij een hoogspanningsaardfout
nlbOPMERKINGBijlage 44.A bevat uitleg over
subrubriek 442.2.nlbBij een fout naar aarde aan de hoogspanningszijde van het onderstation kunnen de volgende
soorten overspanningen optreden in de laagspanningsinstallatie:— foutspanning met netfrequentie (Uf);— spanningsbelasting met netfrequentie (U1 en
U2).Tabel 44.1 geeft de van toepassing
zijnde rekenmethoden voor de verschillende soorten overspanningen.OPMERKING
442.5 Spanningsbelasting met netfrequentie bij een kortsluiting tussen een faseleiding en de
nulleiding
Aandacht moet worden besteed aan het feit dat, indien een kortsluiting ontstaat in de
laagspanningsinstallatie tussen een faseleiding en de nulleiding, de spanning tussen de
andere faseleidingen en de nulleiding gedurende een tijd tot 5 s een waarde van
1,45 × U0 kan bereiken.
Zoeken in de website
132 resultaten
Hele keten aanspreken voor verstoring C2000
In delen van het land zijn er problemen met het C2000-netwerk. Storingen bemoeilijken de communicatie van de hulpdiensten, politie, brandweer en ambulance, die gebruik maken van het systeem. Onderzoek heeft uitgewezen dat PV-installaties de oorzaak zijn.
Eddie Hut, inspecteur Markttoezicht Agentschap Telecom: ”De hele keten is verantwoordelijk.”
“De eerste signalen over de problemen kwamen
Leidingberekening met NEN 4010 deel 2
In het artikel: “Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010”, heb ik stap 1 behandeld uit het onderstaande stappenplan (Figuur 1). Dit artikel vindt u hier: Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010. In dit nieuwe artikel komen de volgende stappen van leidingberekening aan de orde.
Auteur: Rob Kaspers
Figuur 1: Stappenplan uit 5.2.2 van NEN