Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
536.4.1.4 Selectiviteit tussen toestellen voor aardlekbeveiliging (RCD’s)
536.4.1.4.1 Algemene eisenWanneer selectiviteit in figuur 536.1 voor OCPD-21 is vereist, moet verificatie plaatsvinden volgens een
van de volgende mogelijkheden:— met een coördinatieonderzoek waarbij rekening moet worden gehouden met de van
toepassing zijnde productnorm(en) en de documentatie van de fabrikant(en),— met van toepassing zijnde software, waarbij informatie is geleverd door de fabrikanten
536.4.1.4.2 Selectiviteit in het geval van lekstromen
Selectiviteit in het geval van lekstromen, zoals getoond in figuur 536.2, wordt bereikt onder de volgende
condities:— de RCD stroomopwaarts is van het selectieve type (type S of tijdvertraagd met
geschikte vertragingsinstelling) en— de verhouding van de toegekende aanspreekstroom van de RCD stroomopwaarts tot die van
de RCD stroomafwaarts is ten minste 3:1.In het geval van RCD’s met instelbare
536.4.3 Eisen voor beveiliging in het geval van overbelasting
536.4.3.1 Overbelastingsbeveiliging van contactors of SCPD’sContactors die voldoen aan NEN-EN-IEC 60947-4-1 of
NEN-EN-IEC 61095, en SCPD’s zonder ingebouwde
overbelastingsbeveiliging, zoals ICB’s die voldoen aan
NEN-EN-IEC 60947-2, moeten worden beveiligd tegen
overbelasting.Volgens 433.1 worden toestellen voor
overbelastingsbeveiliging gekozen om de bescherming van kabels te waarborgen. Om
536.4.3.2 Overbelastingsbeveiliging van RCCB, schakelaar, netomschakelaar of
impulsrelais
Aardlekschakelaars (RCCB’s) die voldoen aan
NEN-EN 61008-2-1, zijn bedoeld om personen te beschermen
tegen elektrische schok. Schakelaars die voldoen aan
NEN-EN-IEC 60947-3 of aan
NEN-EN-IEC 60669-2-4, impulsrelais die voldoen aan
NEN-EN-IEC 60669-2-2, netomschakelaars die voldoen aan
NEN-EN-IEC 60947-6-1, worden gebruikt om belastingen of
stroomketens te schakelen. Deze toestellen moeten worden
537.2.3
Toestellen die geschikt zijn om te scheiden, moeten zijn gekozen overeenkomstig de eisen
die zijn gebaseerd op de overspanningscategorieën op het punt van installatie.Scheiders moeten zijn ontworpen voor overspanningscategorie III of IV, behalve de steker
van een stopcontact dat in tabel 537.A.1 wordt aangemerkt als zijnde geschikt om te scheiden.OPMERKINGVoorbeelden van overspanningscategorieën
537.2.8
Wanneer een losneembare nulverbinding is aangebracht in de nulleiding voor
scheidingsdoeleinden, moet de losneembare nulverbinding voldoen aan de volgende eisen:— Deze kan niet worden verwijderd zonder gebruik van gereedschap; en— Deze is alleen toegankelijk voor vakbekwame personen.
537.3.1.2
Bedieningsschakelaars moeten geschikt zijn voor de zwaarste belasting waarvoor zij
bedoeld zijn. Er moet rekening worden gehouden met de kenmerken van de belasting die moet
worden geschakeld (bijvoorbeeld de gebruikscategorie).
537.3.1.3
Bedieningsschakelaars kunnen de stroom sturen zonder noodzakelijkerwijs de
overeenkomstige polen te openen.OPMERKINGHalfgeleiderschakelaars en sommige besturingshulpmiddelen zijn voorbeelden van
toestellen die de stroom kunnen onderbreken in een stroomketen zonder de polen te
openen.
537.3.2.4
Werkschakelaars moeten duidelijk zijn geïdentificeerd door de opstelling of door
merktekens.
537.3.3.5
De bedieningsorganen (handgrepen, drukknoppen enz.) van noodschakelaars moeten duidelijk
zijn aangegeven, bij voorkeur door kleur. Als kleur wordt gebruikt voor identificatie, dan
moet ROOD worden toegepast tegen een contrasterende achtergrond (bijvoorbeeld geel).OPMERKINGTekst op de contrasterende achtergrond is niet zinvol.
Zoeken in de website
135 resultaten
Welke versie van NEN 1010 zit in ‘Werken met NEN 1010’?
Versie NEN 1010:2020 en versie NEN 1010:2015 staat allebei in ‘Werken met NEN 1010’.
Waar gaat NEN 4010 over?
De norm NEN 4010 gaat over elektrische installaties voor laagspanning en geeft eisen die gericht zijn op de algemene Nederlandse installatiepraktijk.
Voor wie is NEN 4010 bedoeld?
NEN 4010 is bedoeld voor ontwerpers en installateurs die de meest voorkomende werkzaamheden aan elektrische installaties voor laagspanning verrichten en inspecteurs.
Wat is het doel van NEN 4010?
Het doel van deze norm is:
— een elektrische installatie goed en veilig te laten werken tijdens normaal gebruik en normaal bedrijf;
— mensen en vee te beschermen tegen gevaren die kunnen optreden in of nabij een elektrische installatie;
— materiële zaken te beschermen tegen schade die kan ontstaan in of nabij een elektrische installatie.
Ter bescherming van mensen, vee en materiële zaken
Waarom is NEN 4010 opgesteld?
De norm NEN 4010 is opgesteld om de vele eisen voor elektrische installaties voor laagspanning voor een brede doelgroep toegankelijk te maken. Niet iedere installateur krijgt in zijn werk te maken met alle eisen die in NEN 1010 staan. Met een norm voor de algemene installatiepraktijk is NEN 4010 voor veel installateurs voldoende om hun veelvoorkomende werkzaamheden uit te voeren.
Wie heeft de norm NEN 4010 geschreven?
De normcommissie NEN 64, Installatievoorschriften, lage spanning, die verantwoordelijk is voor NEN 1010, heeft een implementatiecommissie ingesteld: NEC 64-IC. Deze implementatiecommissie heeft de opdracht gekregen een ´leesbare NEN 1010´ te schrijven.
Hoort NPR 5310 ook bij NEN 4010?
Nee, NPR 5310 is een praktijkrichtlijn bij NEN 1010.
Kan ik ook inspecteren met NEN 4010?
Ja, deel 6 Inspectie van NEN 1010 is versie NEN 4010:2020 opgenomen. Een inspecteur kan aan de hand van NEN 4010 inspecteren of aan de eisen voor aanleg van de elektrische installatie is voldaan.
Behandelt NEN 4010 ook TN-C-stelsels?
Nee, NEN 4010 behandelt geen TN-C-stelsels, want dat is geen algemene installatiepraktijk in Nederland. TN‑C‑stelsels kunnen zwerfstromen veroorzaken, met daardoor een verhoogd risico op brand, corrosie en elektromagnetische interferentie.
TN-C-stelsels zijn niet toelaten in onder andere:
gebouwen met informatietechnologie;
gebouwen met landbouw, tuinbouw of veeteelt.
Welke beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van NEN 4010?
De volgende beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van deze norm:
— bescherming door hindernissen;
— bescherming door plaatsing buiten handbereik;
— bescherming door plaatselijke vereffening die niet met aarde is verbonden;
— bescherming door niet-geleidende ruimten;
— galvanische scheiding van de voeding voor meer dan één elektrisch toestel.