Zoeken in
Zoeken in normen
9494 resultaten
8-1:B.3.2.5.1 Parameter PM01: arbeidsfactor
Deze parameter is gebaseerd op de waarde van de arbeidsfactor gemeten aan het begin van de installatie.Het aantal aan parameter PM01 toe te kennen punten wordt bepaald door de arbeidsfactor gemeten aan het begin van de installatie en de puntentoekenning volgens tabel 8-1:B.25.Tabel 8-1:B.25
—
ArbeidsfactorArbeidsfactorIndustrieelCommercieelInfrastructureel
8-1:B.3.3.2.1 Parameter II01: bepaling van het energieverbruik
Deze parameter vertegenwoordigt de bepaling van het energieverbruik (zie 8-1:6.2).Het aantal aan parameter II01 toe te kennen punten wordt bepaald door de berekening van K1 en de puntentoekenning volgens tabel 8-1:B.31.De beoordeling is bedoeld om het percentage K1 te bepalen van het jaarlijkse verbruik van de belastingen waarvan het energieverbruik wordt gemeten aan het begin van de maas of stroomafwaarts
8-1:B.3.3.3.2 Parameter EM03: dekking van de vraagsturing
De score van de vraagsturing bestaat uit de beoordeling van het nominale vermogen dat kan worden afgeschakeld (zie 8-1:7.3).Het aantal aan parameter EM03 toe te kennen punten wordt bepaald door de berekening van RD en puntentoekenning volgens tabel 8-1:B.33.De beoordeling is gebaseerd op de volgende vergelijking:
met:ais de som van het nominale vermogen van de elektrische toestellen die kunnen worden
8-2:2 Normatieve verwijzingen
Naar het volgende document wordt in de tekst zo verwezen dat de bepalingen ervan geheel of gedeeltelijk ook voor dit document gelden. Bij een gedateerde verwijzing is alleen de aangehaalde editie van toepassing.NEN 1010:2020, Elektrische installaties voor laagspanning — Nederlandse implementatie van de HD-IEC 60364-reeks
8-2:4.4 Implementatie van een PEI
Voor de elektrische installaties moet rekening worden gehouden met zowel de beperkingen vanuit de netbeheerder als de behoeften die de eindgebruiker heeft aangegeven. Er moet een EEMS worden geïmplementeerd voor het combineren van informatie en/of gegevens, vanaf/naar de netbeheerder, de beschikbaarheid van energie van de lokale bronnen en de behoeften van de gebruiker.
8-2:7 Elektrische-energiemanagementsysteem (EEMS)
8-2:7.1 AlgemeenEen EEMS moet de werking van alle voedingsbronnen, de belasting van de opslageenheden en het bedrijf van belastingen monitoren en beheersen.Het concept en de ontwerparchitectuur van de PEI zijn met name afhankelijk van het concept van het energiemanagementsysteem (zie 8-1). De specifieke doelstellingen van dit EEMS voor dit document zijn de volgende:— de aansluiting van de PEI op
8-2:7.1 Algemeen
Een EEMS moet de werking van alle voedingsbronnen, de belasting van de opslageenheden en het bedrijf van belastingen monitoren en beheersen.Het concept en de ontwerparchitectuur van de PEI zijn met name afhankelijk van het concept van het energiemanagementsysteem (zie 8-1). De specifieke doelstellingen van dit EEMS voor dit document zijn de volgende:— de aansluiting van de PEI op het slimme net beheren
8-2:7.2 Architectuur van een EEMS
In een individuele, collectieve of gedeelde PEI moeten een of meer EEMS'en de werking van belastingen, alle voedingsbronnen en opslageenheden bewaken en beheren.Voor collectieve of gedeelde PEI's kan dit EEMS een centraal systeem zijn of een samenwerking zijn van verschillende EEMS'en die samen alle relevante informatie delen.Het verbruik van elk elektrische-installatieonderdeel van de individuele,
8-2:8.1.1.1 Algemeen
De elektrische installatie van de prosument moet in elke beoogde bedrijfsmodus zoals gedefinieerd in 8-2:8-2:6.2 kunnen werken. Afhankelijk van de behoeften kan een PEI de bedrijfsmodus op elk moment wijzigen en ook op elk moment terugkeren naar de initiële bedrijfsmodus (bijvoorbeeld vanuit direct voedingsbedrijf naar eilandbedrijf en weer terug naar direct voedingsbedrijf).In alle bedrijfsmodi moet
8-2:8.1.1.2 Aardingssysteem
8-2:8.1.1.2.1 AardingsvoorzieningDe aardingsvoorziening die nodig is om de PEI in eilandbedrijf te laten werken, moet aangesloten zijn op de lokale aardelektrode. Daarnaast kan de aardingsvoorziening van het openbare distributienet ook worden gebruikt, [nlb>indien toegelaten door de netbeheerder
Zoeken in de website
135 resultaten
Welke versie van NEN 1010 zit in ‘Werken met NEN 1010’?
Versie NEN 1010:2020 en versie NEN 1010:2015 staat allebei in ‘Werken met NEN 1010’.
Waar gaat NEN 4010 over?
De norm NEN 4010 gaat over elektrische installaties voor laagspanning en geeft eisen die gericht zijn op de algemene Nederlandse installatiepraktijk.
Voor wie is NEN 4010 bedoeld?
NEN 4010 is bedoeld voor ontwerpers en installateurs die de meest voorkomende werkzaamheden aan elektrische installaties voor laagspanning verrichten en inspecteurs.
Wat is het doel van NEN 4010?
Het doel van deze norm is:
— een elektrische installatie goed en veilig te laten werken tijdens normaal gebruik en normaal bedrijf;
— mensen en vee te beschermen tegen gevaren die kunnen optreden in of nabij een elektrische installatie;
— materiële zaken te beschermen tegen schade die kan ontstaan in of nabij een elektrische installatie.
Ter bescherming van mensen, vee en materiële zaken
Waarom is NEN 4010 opgesteld?
De norm NEN 4010 is opgesteld om de vele eisen voor elektrische installaties voor laagspanning voor een brede doelgroep toegankelijk te maken. Niet iedere installateur krijgt in zijn werk te maken met alle eisen die in NEN 1010 staan. Met een norm voor de algemene installatiepraktijk is NEN 4010 voor veel installateurs voldoende om hun veelvoorkomende werkzaamheden uit te voeren.
Wie heeft de norm NEN 4010 geschreven?
De normcommissie NEN 64, Installatievoorschriften, lage spanning, die verantwoordelijk is voor NEN 1010, heeft een implementatiecommissie ingesteld: NEC 64-IC. Deze implementatiecommissie heeft de opdracht gekregen een ´leesbare NEN 1010´ te schrijven.
Hoort NPR 5310 ook bij NEN 4010?
Nee, NPR 5310 is een praktijkrichtlijn bij NEN 1010.
Kan ik ook inspecteren met NEN 4010?
Ja, deel 6 Inspectie van NEN 1010 is versie NEN 4010:2020 opgenomen. Een inspecteur kan aan de hand van NEN 4010 inspecteren of aan de eisen voor aanleg van de elektrische installatie is voldaan.
Behandelt NEN 4010 ook TN-C-stelsels?
Nee, NEN 4010 behandelt geen TN-C-stelsels, want dat is geen algemene installatiepraktijk in Nederland. TN‑C‑stelsels kunnen zwerfstromen veroorzaken, met daardoor een verhoogd risico op brand, corrosie en elektromagnetische interferentie.
TN-C-stelsels zijn niet toelaten in onder andere:
gebouwen met informatietechnologie;
gebouwen met landbouw, tuinbouw of veeteelt.
Welke beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van NEN 4010?
De volgende beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van deze norm:
— bescherming door hindernissen;
— bescherming door plaatsing buiten handbereik;
— bescherming door plaatselijke vereffening die niet met aarde is verbonden;
— bescherming door niet-geleidende ruimten;
— galvanische scheiding van de voeding voor meer dan één elektrisch toestel.