Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
8-2:8.4 Ontwerp voor flexibiliteit van belasting en bronnen (vraagsturing)
De elektrische installatie moet worden ontworpen met het oog op toepassing van belastingsafschakeling. Zie deel 8-1.
8-2.A
Bijlage 8-2.A(informatief)Doelstellingen en PEI-conceptHet PEI-concept is ontwikkeld als passend antwoord op de volgende belangrijke punten.i) De rol van de eindgebruiker: het gebruik van elektrische energie beheersen, rekening houdend met diens behoeften en de gevolgen ervan voor de voeding door de netbeheerder. Bij het PEI-concept heeft de eindgebruiker een centrale rol. Indien de PEI opslagcapaciteit
8-2.A
Bijlage 8-2.A(informatief)Doelstellingen en PEI-conceptHet PEI-concept is ontwikkeld als passend antwoord op de volgende belangrijke punten.i) De rol van de eindgebruiker: het gebruik van elektrische energie beheersen, rekening houdend met diens behoeften en de gevolgen ervan voor de voeding door de netbeheerder. Bij het PEI-concept heeft de eindgebruiker een centrale rol. Indien de PEI opslagcapaciteit
8-2:B.3.1 Direct netvoedingsbedrijf
Alle opslageenheden kunnen worden geladen:— vanaf het openbare net; of— vanaf de lokale voedingsbronnen; of— vanaf voedingsbronnen die deel uitmaken van de groep prosumenten.In deze bedrijfsmodus kunnen elektrische toestellen worden gevoed vanaf:— het openbare net; of— elke lokale voedingsbron die deel uitmaakt van de groep prosumenten; of— elke lokale opslageenheid die deel uitmaakt van
8-2:C.1 Algemeen
Meestal is het nominale vermogen van elke PEI laag genoeg in vergelijking met het nominale vermogen van het openbare laagspanningsnet zodat er geen merkbare invloed is van de PEI op de stabiliteit van het openbare net. Echter, als er grote aantallen PEI’s zijn aangesloten op hetzelfde openbare net, zou dit tot instabiliteit van dit openbare net kunnen leiden, hetgeen leidt tot de uitschakeling van
8-2:D.1 Architectuur van individuele PEI’s
Een voorbeeld van de architectuur van een individuele PEI wordt gegeven in Figuur 8-2:D.1.Figuur 8-2:D.1
—
Voorbeeld van de architectuur van individuele PEI’sLegenda1openbaar net2voedingsbronnen3-1belasting 13-2belasting 23-3belasting 33-4belasting 44opslageenheden7prosument8voedingspunt van de installatie10elektrische-energiemanagementsysteem (EEMS)Menergiemeter/meetapparatuur (M)⟷energiestroomrichting
Deel 8-3: Functionele aspecten – Bedrijfsvoering van prosumentinstallaties (NPR)
8-3:1 Onderwerp en toepassingsgebiedDit deel van NEN 1010 specificeert de eisen en aanbevelingen voor de veilige en juiste werking van de elektrische installaties van prosumenten. Het heeft de status van NPR (Nederlandse praktijkrichtlijn) en is dus niet normatief.Het is bedoeld voor gebruik door installateurs, gebruikers, installatieverantwoordelijken en dergelijke van elektrische laagspanningsinstallaties.Dit
8-3:4.2 Bedrijfsmodi
8-3:4.2.1 AlgemeenElke bedrijfsmodus is een unieke configuratie van de lokale voedingsbronnen, aangesloten belastingen, EES en ladende of ontladende elektrische voertuigen.8-3:4.2.2 Netgekoppelde PEIDe bedrijfsmodi in een aan een distributienet gekoppelde PEI zijn als volgt:— de PEI wordt gevoed door het distributienet;— de PEI wordt gevoed door het distributienet en de lokale voedingsbronnen
8-3:5.1 Algemeen
Lokale voedingsbronnen kunnen onder meer zijn:— voedingsbronnen (bijvoorbeeld PV-systemen, windturbines);— elektrische-energieopslag (EES);— laadstations voor elektrische voertuigen (EVCS – ‘electric vehicle charging station’).Indien nodig moeten de lokale voedingsbronnen zo worden geïnstalleerd dat het mogelijk is om ze van de installatie te scheiden, in overeenstemming met de eisen van de netbeheerder
8-3:7 Besturing
8-3:7.1 AlgemeenDe implementatie van besturingsfuncties is nodig om de betrouwbaarheid, stabiliteit en het juiste bedrijf van de PEI te verzekeren.Besturingsfuncties zijn geïntegreerd in PEI-regelapparatuur.Het besturingssysteem moet het energierendement verbeteren.8-3:7.2 Netgekoppelde PEIIn direct voedingsbedrijf moet het besturingssysteem het opgewekte vermogen regelen om teruglevering aan het
Zoeken in de website
135 resultaten
Moet ik mijn opdrachtgevers vertellen dat ik met NEN 4010 werk?
In uw offerte en uw bestek kunt u aangeven dat de elektrische installatie volgens NEN 4010 is ontworpen.
Voldoe ik aan de eisen van het Bouwbesluit als ik NEN 4010 toepas?
Ja, NEN 4010 is gebaseerd op NEN 1010:2015 en NEN 1010:2015/C2:2016.
Kan ik ook een andere versie gebruiken dan die aangewezen is in het Bouwbesluit?
De 2020-versie van de norm beschrijft de inzichten met betrekking tot veilige elektrische installaties. Het bevoegd gezag (gemeenten) zal vaak gelijkwaardigheid van deze nieuwe versie (in plaats van de 2015-versie) accepteren. Opdrachtgevers kunnen daarom nu al vragen naar een installatie conform NEN 1010:2020. Ook kunnen verzekeraars, gemeenten en andere partijen eisen en voorwaarden stellen gebaseerd
Waar gaat deel 8 over?
Deel 8 is wel een onderdeel van NEN 1010, maar wordt als losse uitgave uitgebracht. De reden hiervoor is dat dit deel 8 vaker geüpdatet zal worden dan NEN 1010.
Titel van de reeks: NEN 1010-8: Energieaspecten
Subnummers:
NEN 1010-8-1: Energieaspecten – Deel 1: Energie-efficiency
NEN 1010-8-2: Energieaspecten – Deel 2: Prosumer-installaties
NEN 1010-8-3: Energieaspecten
Nut en noodzaak van normalisatie van gelijkspanning, deel 1: de zon.
Auteur: Henry Lootens
Datum: januari 2020
Onze wereld op het gebied van energie zoals we hem kennen is drastisch aan het veranderen. Fossiele energiecentrales van nu wekken redelijk continue hun energie op; ze leveren dit vrij constant, dus met een redelijk gelijk vermogen, aan het net. In de nabije toekomst, met heel veel duurzame bronnen als Wind en Zon (zon-PV), zal dat anders zijn. De verschillen
‘Er is te weinig kennis’
Nieuwe praktijkgids ‘Veiligheidsinspectie woninginstallaties - Werken met NEN 8025’
NEN 8025:2018, ‘Periodieke beoordeling van de veiligheid van technische installaties en technische voorzieningen in woningen’, is een norm die zich richt op de veiligheid van installaties en gebouwvoorzieningen in woningen. Onlangs verscheen een nieuwe praktijkgids over de norm: ‘Veiligheidsinspectie woninginstallaties