Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 271
— in de gebieden die een thermisch effect ondervinden;
c) de minimale afstand tot ontbrandbare materialen, met inbegrip van materialen die zich in de lichtstraal bevinden;
d) de van toepassing zijnde aanduidingen op de verlichtingsarmatuur.
OPMERKING 2 Zie bijlage B voor aanduidingen en symbolen betreffende thermische effecten.
OPMERKING 3 Het gebruik van glimlichtstarters
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 283
DEEL 6 INSPECTIE
6.1 Onderwerp en toepassingsgebied
Dit deel bevat eisen voor de eerste inspectie en de pe riodieke inspectie van een elektrische installatie.
Hoofdstuk 61 bevat bepalingen voor de eerste inspectie, uit te voeren door middel van controle, meting en
beproeving, van een elektrische installatie om te bepalen, voor zover in redelijkheid uitvoerbaar, of is
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 285
n OPMERKING Hieronder wordt ook verstaan de toestand van waarschuwingsborden en overige noodzakelijke informatie.
j) de aanduiding van stroomketens, beveiligingstoest ellen tegen overstroom, schakelaars, aansluitklemmen
en dergelijke (zie rubriek 514);
n OPMERKING Hieronder wordt ook verstaan de toestand van bedieningsorganen en hulpmiddelen.
k) de deugdelijkheid van
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 287
n OPMERKING Indien de minimumwaarde in de totale keten niet wordt bereikt, behoort de beproeving te worden uitgevoerd in elk gedeelte van de installatie:
— tussen twee opeenvolgende beveiligingstoestellen tegen overstroom;
— na het laatste beveiligingstoestel tegen overstroom.
Tabel 61.1 is ook van toepassing op PU-leidingen.
61.3.4 Bescherming door SELV-ketens, PELV-ketens
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 289
Aanbevolen wordt om de volgens hoofdstuk 41 vereiste uitschakeltijden te controleren. Of wordt
voldaan aan de eisen voor uitschakeltijden
moet echter worden gecontroleerd bij:
— hergebruikte toestellen voor aardlekbeveiliging;
— uitbreidingen of wijzigingen van een bestaande installatie waarin reeds aanwezige toestellen voor aardlekbeveiliging ook voor het uit schakelen van
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
290 Waar zich omstandigheden voordoen die vergelijkbaar z
ijn met die van TN-stelsels, vindt bij een tweede
fout in een andere stroomketen (zie punt b) van 411.6.4) inspectie plaats als voor TN-stelsels (zie punt a)
hierboven).
OPMERKING 2 Tijdens het meten van de impedantie va n de foutstroomketen behoort een verbinding met een
verwaarloosbare impedantie tussen het sterpunt van
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
292 61.4.5 Rapporten moeten zijn opgesteld en ondertekend of op andere wijze zijn gewaarmerkt door een of
meer personen die bovendien de deskundigheid bezitten om inspecties uit te voeren.
n OPMERKING Zie bijlage 61.F voor de aanbevolen minimuminhoud.
62 Periodieke inspectie
62.1 Algemeen
n 62.1.0 Aan de eisen van dit hoofdstuk wordt vol daan bij toepassing van bepaling
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015
298
701 Ruimten met een bad of douche
701.1 Fundamentele uitgangspunten
701.11 Onderwerp en toepassingsgebied
De bepalingen van dit hoofdstuk hebben betrekking op de elektrische installaties in ruimten met een vast
bad (vaste badkuip) of vaste douche, alsmede op de aangrenzende zones, zoals beschreven in deze norm.
Deze norm is niet van toepassi ng op voorzieningen voor
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 309
— het horizontale vlak op 2,5 m boven de vloer die of
het oppervlak dat toegankelijk is voor personen.
OPMERKING Niet toegankelijk materieel dat in een behuizi ng is geïnstalleerd onder het vloeroppervlak of boven een
plafond wordt beschouwd zich niet binnen zone 1 te bevinden (zie 702.55.4.3).
Wanneer het zwembad is uitgerust met duikconstruct ies, startblokken, glijbanen
NEN 1010:2015
NEN 1010:2015 311
702.414 Beschermingsmaatregel: extra lage spanning: SELV en PELV
702.414.4 Eisen aan SELV- en PELV-ketens
Voeg toe:
PELV is niet toegelaten.
702.414.4.5
Voeg toe:
Waar SELV-ketens worden toegepast moet, ongeacht de nominale spanning, zijn voorzien in
basisbescherming (bescherming tegen directe aanraking) door
— afschermingen of omhulsels die ten minste besc hermingsgraad
Zoeken in de website
135 resultaten
Aanduiding kabels
In onderstaande foto is de aanduiding van de groen-gele kabel niet juist.
514.3.5 Aanduiding van eenaderige kabels en installatiedraden
Faseleidingen moeten over de gehele lengte worden aangeduid met de kleur bruin of zwart of grijs. Het gebruik van een van deze kleuren voor alle faseleidingen in een stroomketen is toegelaten.
De enkelvoudige kleuren groen of geel mogen niet worden
Kabelondersteuningen en omhulsels
Goed of fout?
NEN 1010 bepaling 522.8.11 zegt: Kabelondersteuningen en omhulsels mogen geen scherpe randen hebben die de kabels of geïsoleerde geleiders kunnen beschadigen.
Uitbreiding NEN 1010 met energiebesparing en slimme installaties
De klant van de installateur wordt steeds kritischer en wil vaker berekeningen zien waarin zichtbaar is tot welke klasse een installatie behoort. Denk daarbij aan energiebesparing, maar ook aan besparing op materiaalgebruik. Een goede installateur kan zich daarbij onderscheiden door een energiezuinige installatie te ontwerpen, maar ook door dit inzichtelijk te maken voor de klant. Twee uitbreidingen
'Er is behoefte aan duidelijkheid'
NEN 4010 biedt de elektrotechnische branche een handzame en leesbare versie van NEN 1010
De NEN 1010:2015/C2:2016 is zonder twijfel de belangrijkste norm op het gebied van elektrotechnische installaties. Maar omdat de normtekst veelomvattend is, bestaat er sinds enige jaren ook een beter leesbare versie: de Nederlandse norm NEN 4010 – Elektrische installaties voor laagspanning − Eisen voor de algemene
Is het verplicht een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer (PV-installaties)?
Tekst: Rob Kaspers
De vraag of het verplicht is een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer, kom ik vaak tegen. Ik vroeg ik mij af wat de aanleiding van die vraag kan zijn. Kijkend op internet zie ik dat sommige fabrikanten, groothandels en installatiebedrijven stellen dat NEN 1010 deze werkschakelaar verplicht stelt bij een omvormer. Ik citeer een stukje uit een artikel van in dit
VRAGEN NEN 1010 LIVE
Op het online evenement op 10-10-2020 over de wijzigingen in NEN 1010 en NEN 4010 zijn veel vragen gesteld. Hieronder een deel van de vragen.
Normvragen
Algemeen
1. Waar is de norm te bestellen?
De norm NEN 4010 is vanaf dinsdag 12 oktober te bestellen in de NEN-shop. www.nen.nl
NEN 1010 is helaas nog niet klaar. De normcommissie heeft nog één bepaling waar zij nog over een besluit
Onduidelijkheid over aarden en vereffenen
Commissie NEC 64-9 roept externe expertise in.
De elektrotechnische markt is een ingewikkelde markt. Installateurs worden voortdurend geconfronteerd met nieuwe ontwikkelingen. En daarbij biedt NEN 1010 niet altijd uitkomst, enerzijds omdat normen in de regel achter de ontwikkelingen op de markt aanlopen, anderzijds omdat de normtekst niet altijd even begrijpelijk is. Dit laatste probleem speelt
Welke type Surge Protective Device (SPD)moet worden toegepast?
In het vorige artikel heb ik op basis van rubriek 443 uit NEN 1010:2020 aangegeven wanneer het noodzakelijk is een SPD toe te passen. SPD staat voor: Surge Protective Device (overspanningsbeveiliging). In dit artikel welk type SPD moet worden toegepast.
Auteur: Rob Kaspers
Een SPD zorgt ervoor dat overspanningen worden begrensd door een korsluiting van heel korte duur (enkele microseconden)
Wijzigingen NEN 1010:2020 in de praktijk van de installateur (2)
In deze serie artikelen over NEN 1010:2020 vestig ik de aandacht op enkele wijzigingen die concreet invloed hebben op de praktijk van de installateur, ontwerper, inspecteur of installatieverantwoordelijke.
Tekst: Rob Kaspers
Wel of geen overspanningsbeveiliging (SPD) toepassen?
Overspanningen in de elektrische installatie kunnen ontstaan door een atmosferische ontlading (blikseminslag). Ook
Hoe wordt de PV-installatie beschermd tegen overspanningen?
Hoofdstuk 712 uit NEN 1010:2020 geeft de installatie eisen aan voor PV-systemen.
Rubriek 712.534 gaat in op beveiligingstoestellen tegen transiënte overspanningen (ook blikseminslag valt daar onder). In dit artikel de eisen voor de bescherming van de PV-installatie
PV-systeem in combinatie met bliksembeveiligingsinstallatie (LPS)
Bij bescherming van het PV-systeem door een LPS, zorgt een vrijstaande