Zoeken in
Zoeken in normen
9494 resultaten
Deel_524_C
Bijlage CMaximaal toegelaten harmonische stromen voor materieelVoor elektrisch materieel met een nominale stroom tot en met 16 A per fase geeft NEN-EN-IEC 61000-3-2:2014 eisen voor de maximale harmonische stromen die dit materieel mag veroorzaken. Deze eisen uit NEN-EN-IEC 61000-3-2:2014 zijn weergegeven in tabel C.1. Voor materieel boven 16 A is NEN-EN-IEC 61000-3-12:2011 van toepassing (tot en met
3 Termen en definities
Voor de toepassing van dit deel van NPR 5310 gelden de termen en definities uit NEN 1010:2015 en deel 2 van deze NPR.
4 Aansluiten van eenfase-eindgroepen op een vierpolig toestel voor aardlekbeveiliging
4.1 InleidingIn 531.2.1.3 van NEN 1010:2015/C2:2016 staat de volgende n-tekst:Op een toestel voor aardlekbeveiliging met een toegekende aanspreekstroom van ten hoogste 30 mA mogen ten hoogste vier eindgroepen zijn aangesloten. Het aansluiten van eenfase-eindgroepen op een vierpolig toestel voor aardlekbeveiliging met een toegekende aanspreekstroom van ten hoogste 30 mA wordt afgeraden.Installaties
2 Verwijzingen
De volgende documenten, of delen ervan, waarnaar in dit document wordt verwezen, zijn onmisbaar voor de toepassing ervan. Bij gedateerde verwijzingen is alleen de aangehaalde uitgave van toepassing. Bij ongedateerde verwijzingen is de laatste uitgave van het document (met inbegrip van eventuele wijzigingsbladen en correctiebladen) waarnaar is verwezen van toepassing.NEN 1010:2015 Elektrische installaties
4.4.1.2 Coördinatie, selectiviteit en back-upbeveiliging
Belangrijk voor de coördinatie van in serie geschakelde kortsluitbeveiligingstoestellen is de afstemming op de grootste mogelijk optredende kortsluitstroom (prospectieve kortsluitstroom) in het net, van:— de aanspreekkarakteristieken onderling (selectiviteit), en— de uitschakelcapaciteit van de kortsluitbeveiligingstoestellen.Wanneer die afstemming niet plaatsvindt, kan het zijn dat de beveiliging
4.4.2.1 Algemeen
In 535.3 van NEN 1010:2015 zijn voorwaarden opgenomen om de selectiviteit te waarborgen. De vraag is hoe men in de praktijk aan deze voorwaarden kan voldoen. Dit deel geeft daar een antwoord op.
5.1.1 Voorbeeld 1
Het voorbeeld uit figuur 1 bevat beveiligingen met waarden die passen bij de vuistregels van tabel 1.Figuur 7 geeft de drie karakteristieken weer. Hieronder staat de berekening van een fase-nulsluiting op het aansluitpunt van de voedingskabel op de hoofdbeveiliging van het woonhuis.In het voorbeeld wordt het flowdiagram van tabel 1 gevolgd.Stap 1De transformatorimpedantie Zt wordt met formule 1 en
4 Schakelen en scheiden
4.1 InleidingIn dit hoofdstuk wordt eerst een aantal begrippen rond schakelen en scheiden uitgelegd. Daarna wordt ingegaan op de opbouw van rubriek 536 van NEN 1010:2015. Ten slotte wordt een aantal voorbeelden gegeven van hoe in de praktijk kan worden omgegaan met schakelen en scheiden.4.2 De begrippen scheiden en schakelenScheiden is volgens 2.17.01 van NEN 1010:2015 een functie bestemd om de
4.5 Schakelen en scheiden met één toestel
In principe geldt dat het schakelen en scheiden van de diverse onderdelen van een elektrische installatie moet worden gedaan met één toestel, een lastscheider (536.2.1.5 van NEN 1010:2015).Alleen in gevallen waarin de bediening van het elektrisch materieel door deskundigen (code BA4 of BA5 in bijlage 51.A van NEN 1010:2015, respectievelijk voldoende onderricht persoon of vakbekwaam persoon volgens
4.10 Schakelen en scheiden van de nul
Op grond van 536.2.1.1 van NEN 1010:2015 moet elke stroomketen kunnen worden gescheiden van elke actieve geleider van de voeding. Dat houdt dus in dat in alle fasen een veilige scheiding tot stand moet kunnen worden gebracht.In tot bewoning bestemde gebouwen en in installaties met meerdere voedingsbronnen moet ook de nul worden geschakeld en gescheiden.Zo wordt een op een veilige wijze de stroom onderbroken
Zoeken in de website
135 resultaten
Aanduiding kabels
In onderstaande foto is de aanduiding van de groen-gele kabel niet juist.
514.3.5 Aanduiding van eenaderige kabels en installatiedraden
Faseleidingen moeten over de gehele lengte worden aangeduid met de kleur bruin of zwart of grijs. Het gebruik van een van deze kleuren voor alle faseleidingen in een stroomketen is toegelaten.
De enkelvoudige kleuren groen of geel mogen niet worden
Kabelondersteuningen en omhulsels
Goed of fout?
NEN 1010 bepaling 522.8.11 zegt: Kabelondersteuningen en omhulsels mogen geen scherpe randen hebben die de kabels of geïsoleerde geleiders kunnen beschadigen.
Uitbreiding NEN 1010 met energiebesparing en slimme installaties
De klant van de installateur wordt steeds kritischer en wil vaker berekeningen zien waarin zichtbaar is tot welke klasse een installatie behoort. Denk daarbij aan energiebesparing, maar ook aan besparing op materiaalgebruik. Een goede installateur kan zich daarbij onderscheiden door een energiezuinige installatie te ontwerpen, maar ook door dit inzichtelijk te maken voor de klant. Twee uitbreidingen
'Er is behoefte aan duidelijkheid'
NEN 4010 biedt de elektrotechnische branche een handzame en leesbare versie van NEN 1010
De NEN 1010:2015/C2:2016 is zonder twijfel de belangrijkste norm op het gebied van elektrotechnische installaties. Maar omdat de normtekst veelomvattend is, bestaat er sinds enige jaren ook een beter leesbare versie: de Nederlandse norm NEN 4010 – Elektrische installaties voor laagspanning − Eisen voor de algemene
Is het verplicht een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer (PV-installaties)?
Tekst: Rob Kaspers
De vraag of het verplicht is een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer, kom ik vaak tegen. Ik vroeg ik mij af wat de aanleiding van die vraag kan zijn. Kijkend op internet zie ik dat sommige fabrikanten, groothandels en installatiebedrijven stellen dat NEN 1010 deze werkschakelaar verplicht stelt bij een omvormer. Ik citeer een stukje uit een artikel van in dit
VRAGEN NEN 1010 LIVE
Op het online evenement op 10-10-2020 over de wijzigingen in NEN 1010 en NEN 4010 zijn veel vragen gesteld. Hieronder een deel van de vragen.
Normvragen
Algemeen
1. Waar is de norm te bestellen?
De norm NEN 4010 is vanaf dinsdag 12 oktober te bestellen in de NEN-shop. www.nen.nl
NEN 1010 is helaas nog niet klaar. De normcommissie heeft nog één bepaling waar zij nog over een besluit
Onduidelijkheid over aarden en vereffenen
Commissie NEC 64-9 roept externe expertise in.
De elektrotechnische markt is een ingewikkelde markt. Installateurs worden voortdurend geconfronteerd met nieuwe ontwikkelingen. En daarbij biedt NEN 1010 niet altijd uitkomst, enerzijds omdat normen in de regel achter de ontwikkelingen op de markt aanlopen, anderzijds omdat de normtekst niet altijd even begrijpelijk is. Dit laatste probleem speelt
Welke type Surge Protective Device (SPD)moet worden toegepast?
In het vorige artikel heb ik op basis van rubriek 443 uit NEN 1010:2020 aangegeven wanneer het noodzakelijk is een SPD toe te passen. SPD staat voor: Surge Protective Device (overspanningsbeveiliging). In dit artikel welk type SPD moet worden toegepast.
Auteur: Rob Kaspers
Een SPD zorgt ervoor dat overspanningen worden begrensd door een korsluiting van heel korte duur (enkele microseconden)
Wijzigingen NEN 1010:2020 in de praktijk van de installateur (2)
In deze serie artikelen over NEN 1010:2020 vestig ik de aandacht op enkele wijzigingen die concreet invloed hebben op de praktijk van de installateur, ontwerper, inspecteur of installatieverantwoordelijke.
Tekst: Rob Kaspers
Wel of geen overspanningsbeveiliging (SPD) toepassen?
Overspanningen in de elektrische installatie kunnen ontstaan door een atmosferische ontlading (blikseminslag). Ook
Hoe wordt de PV-installatie beschermd tegen overspanningen?
Hoofdstuk 712 uit NEN 1010:2020 geeft de installatie eisen aan voor PV-systemen.
Rubriek 712.534 gaat in op beveiligingstoestellen tegen transiënte overspanningen (ook blikseminslag valt daar onder). In dit artikel de eisen voor de bescherming van de PV-installatie
PV-systeem in combinatie met bliksembeveiligingsinstallatie (LPS)
Bij bescherming van het PV-systeem door een LPS, zorgt een vrijstaande