Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
753.411.1 Algemeen
Voeg toe:
Bij verwarmingseenheden die door de fabrikant zonder een geaard geleidend scherm worden
geleverd, moet ter plaatse worden voorzien in een geschikte geleidende afscherming die wordt
verbonden met de beschermingsleiding van de elektrische installatie. Deze afscherming kan
bijvoorbeeld bestaan uit een metalen raster, met een maaswijdte van ten hoogste 30 mm voor
plafond-en vloerinstallaties
753.413 Beschermingsmaatregel: elektrische scheiding
753.413.1 Algemeen
Voeg toe:
753.413.1.101 Elektrische scheiding is niet toegelaten voor wandverwarmingssystemen.
753.413.1 Algemeen
Voeg toe:
753.413.1.101 Elektrische scheiding is niet toegelaten voor wandverwarmingssystemen.
753.424 Bescherming tegen oververhitting
Voeg toe:
753.424.101 WandverwarmingssystemenVoor wandverwarmingssystemen moeten de verwarmingseenheden zijn voorzien van een metalen
scherm, een metalen omhulling of een fijn vermaasd metalen rooster. Het metalen scherm, de
metalen omhulling of het fijn vermaasde metalen rooster moet zijn verbonden met de
beschermingsleiding van de voedende stroomketen.OPMERKINGDeze eis is bedoeld om te beschermen
753.424.102
Om aan de eisen uit hoofdstuk 42 te voldoen moet
bijzondere aandacht worden besteed aan het voorkomen dat de verwarmingselementen een hoge
temperatuur veroorzaken bij de omringende materialen. Dit kan worden bereikt door gebruik te
maken van verwarmingseenheden met zelfbegrenzende functies voor de temperatuur of door
afzondering met hittewerende materialen. Dit laatste kan worden bereikt door plaatsing
753.522.4 Aanwezigheid van vreemde voorwerpen (AE)
Voeg toe:
753.522.4.101 Waar verwarmingseenheden zijn geïnstalleerd, moeten verwarmingsvrije gebieden zijn waar
gaten kunnen worden geboord, schroeven kunnen worden bevestigd en dergelijke zonder risico
op beschadiging van de verwarmingseenheden.
753.522.4.101
Waar verwarmingseenheden zijn geïnstalleerd, moeten verwarmingsvrije gebieden zijn waar
gaten kunnen worden geboord, schroeven kunnen worden bevestigd en dergelijke zonder risico
op beschadiging van de verwarmingseenheden.
2.A.1.0 Onderwerp en toepassingsgebied
Deze bijlage is van toepassing op elektrische installaties in gebouwen en bevat
toelichtingen op termen die in deze norm worden gebruikt; de termen zijn afkomstig uit
NEN-IEC 60050-826, rubrieken 10 t/m 18. De toelichtingen zijn
bedoeld om het gebruik van de termen te ondersteunen.TermOpmerking2.A.1.10Kenmerken van elektrische installaties(rubriek 826-10)2.A.1.10.1voedingspunt
van de elektrische
41.A.2.3
Afschermingen en omhulsels moeten deugdelijk op hun plaats zijn bevestigd en voldoende
stevig en duurzaam zijn om de vereiste beschermingsgraad en de bedoelde scheiding van actieve
delen onder de gegeven omstandigheden bij normaal bedrijf te handhaven. Hierbij moet rekening
zijn gehouden met de te verwachten uitwendige invloeden.
41.A.2.5
Indien achter een afscherming of in een omhulsel toestellen zijn geïnstalleerd die
gevaarlijke elektrische ladingen kunnen bevatten nadat deze zijn uitgeschakeld (condensatoren
enz.), is een waarschuwing vereist. Kleine condensatoren, zoals worden gebruikt voor het
blussen van lichtbogen, voor het vertragen van het aanspreken van relais enz., mogen niet als
gevaarlijk worden beschouwd.OPMERKINGToevallige
Zoeken in de website
135 resultaten
Welke versie van NEN 1010 zit in ‘Werken met NEN 1010’?
Versie NEN 1010:2020 en versie NEN 1010:2015 staat allebei in ‘Werken met NEN 1010’.
Waar gaat NEN 4010 over?
De norm NEN 4010 gaat over elektrische installaties voor laagspanning en geeft eisen die gericht zijn op de algemene Nederlandse installatiepraktijk.
Voor wie is NEN 4010 bedoeld?
NEN 4010 is bedoeld voor ontwerpers en installateurs die de meest voorkomende werkzaamheden aan elektrische installaties voor laagspanning verrichten en inspecteurs.
Wat is het doel van NEN 4010?
Het doel van deze norm is:
— een elektrische installatie goed en veilig te laten werken tijdens normaal gebruik en normaal bedrijf;
— mensen en vee te beschermen tegen gevaren die kunnen optreden in of nabij een elektrische installatie;
— materiële zaken te beschermen tegen schade die kan ontstaan in of nabij een elektrische installatie.
Ter bescherming van mensen, vee en materiële zaken
Waarom is NEN 4010 opgesteld?
De norm NEN 4010 is opgesteld om de vele eisen voor elektrische installaties voor laagspanning voor een brede doelgroep toegankelijk te maken. Niet iedere installateur krijgt in zijn werk te maken met alle eisen die in NEN 1010 staan. Met een norm voor de algemene installatiepraktijk is NEN 4010 voor veel installateurs voldoende om hun veelvoorkomende werkzaamheden uit te voeren.
Wie heeft de norm NEN 4010 geschreven?
De normcommissie NEN 64, Installatievoorschriften, lage spanning, die verantwoordelijk is voor NEN 1010, heeft een implementatiecommissie ingesteld: NEC 64-IC. Deze implementatiecommissie heeft de opdracht gekregen een ´leesbare NEN 1010´ te schrijven.
Hoort NPR 5310 ook bij NEN 4010?
Nee, NPR 5310 is een praktijkrichtlijn bij NEN 1010.
Kan ik ook inspecteren met NEN 4010?
Ja, deel 6 Inspectie van NEN 1010 is versie NEN 4010:2020 opgenomen. Een inspecteur kan aan de hand van NEN 4010 inspecteren of aan de eisen voor aanleg van de elektrische installatie is voldaan.
Behandelt NEN 4010 ook TN-C-stelsels?
Nee, NEN 4010 behandelt geen TN-C-stelsels, want dat is geen algemene installatiepraktijk in Nederland. TN‑C‑stelsels kunnen zwerfstromen veroorzaken, met daardoor een verhoogd risico op brand, corrosie en elektromagnetische interferentie.
TN-C-stelsels zijn niet toelaten in onder andere:
gebouwen met informatietechnologie;
gebouwen met landbouw, tuinbouw of veeteelt.
Welke beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van NEN 4010?
De volgende beschermingsmaatregelen vallen buiten het toepassingsgebied van deze norm:
— bescherming door hindernissen;
— bescherming door plaatsing buiten handbereik;
— bescherming door plaatselijke vereffening die niet met aarde is verbonden;
— bescherming door niet-geleidende ruimten;
— galvanische scheiding van de voeding voor meer dan één elektrisch toestel.