Zoeken in
Zoeken in normen
6951 resultaten
527.1 Maatregelen binnen een brandcompartiment
527.1.1 Het risico van brandverspreiding moet tot een minimum worden beperkt door de keuze van
deugdelijke materialen en het uitvoeren van de installatie volgens rubriek 527.527.1.2 Leidingsystemen moeten zo worden geïnstalleerd dat de mechanische sterkte van het bouwwerk
en de brandveiligheid niet nadelig worden beïnvloed.527.1.3 Kabels die ten minste voldoen aan NEN-EN-IEC 60332-1-2 en
producten
527.1.3
Kabels die ten minste voldoen aan NEN-EN-IEC 60332-1-2 en
producten die zijn geclassificeerd als niet-brandvoortplantend, mogen zonder aanvullende
maatregelen worden geïnstalleerd.OPMERKINGIn installaties met een specifiek risico kunnen kabels noodzakelijk zijn die bestand zijn
tegen de zwaardere beproevingen voor gebundelde kabels, zoals beschreven in de
NEN-EN-IEC 60332-3-reeks.
527.2 Afdichting van doorvoeringen
527.2.1 Op plaatsen waar leidingsystemen door bouwelementen zijn geleid, zoals door vloeren,
muren, daken, plafonds, scheidingswanden of spouwmuren, moeten openingen die er na het
aanbrengen van de doorvoeringen nog zijn, zo worden afgedicht dat de brandwerendheid ervan
ten minste gelijk is aan de brandwerendheid die het desbetreffende bouwelement zelf vóór het
aanbrengen van de doorvoering moet
528.2 Nabijheid van communicatiekabels
Indien ondergrondse kabels voor telecommunicatie en ondergrondse voedingskabels elkaar
kruisen of in elkaars nabijheid liggen moet een minimale afstand van 100 mm worden
aangehouden, tenzij aan de eisen volgens a) of b) wordt voldaan:a) tussen de kabels moet een brandwerende afscheiding zijn aangebracht, bijvoorbeeld stenen,
afschermkappen voor kabels (van steen of beton), voorgevormde blokken
528.3.4
Wanneer een elektrische voorziening wordt aangebracht in de onmiddellijke nabijheid van
niet-elektrische voorzieningen, moet zijn voldaan aan de volgende voorwaarden:— elektrische leidingsystemen moeten deugdelijk zijn beschermd tegen risico's die kunnen
ontstaan door de aanwezigheid van de andere voorzieningen tijdens normaal bedrijf en— foutbescherming overeenkomstig de eisen van hoofdstuk
530.2 Normatieve verwijzingen
Zie deel 0.
530.4.2
Bewegende contacten van alle polen van meerpolige schakel- en scheidingstoestellen moeten
mechanisch zo zijn gekoppeld dat zij vrijwel gelijktijdig sluiten en openen, met
uitzondering van contacten uitsluitend bedoeld voor het schakelen van de nul. Deze mogen
sluiten vóór en openen ná de andere contacten.
531 Toestellen voor foutbescherming door automatische uitschakeling van de voeding
531.1 AlgemeenToestellen voor beveiliging tegen elektrische schok door automatische uitschakeling van de
voeding moeten geschikt zijn voor scheiding overeenkomstig HD 384.4.46 S2 en rubriek 537.Automatische wederinschakeling van toestellen voor beveiliging tegen elektrische schok door
automatische uitschakeling van de voeding is toegestaan in installaties waar de toegang is
beperkt tot elektrisch
531.1 Algemeen
Toestellen voor beveiliging tegen elektrische schok door automatische uitschakeling van de
voeding moeten geschikt zijn voor scheiding overeenkomstig HD 384.4.46 S2 en rubriek 537.Automatische wederinschakeling van toestellen voor beveiliging tegen elektrische schok door
automatische uitschakeling van de voeding is toegestaan in installaties waar de toegang is
beperkt tot elektrisch geïnstrueerde
531.2.1 Algemeen
Waar beveiligingstoestellen tegen overstroom zijn toegepast voor bescherming tegen
elektrische schok door automatische uitschakeling van de voeding, moeten deze zijn gekozen
in overeenstemming met 533.
Zoeken in de website
135 resultaten
De eerste stap van een leidingberekening met behulp van NEN 4010:2020+C1:2022
Auteur: Rob Kaspers
Dit artikel is de eerste in een serie over het berekenen van een leiding aan de hand van NEN 4010+C1. In dit eerste artikel ga ik in op het bepalen van de hoogste toelaatbare stroom IZ. Dit is nodig om de leiding op de juiste manier te beveiligen tegen overbelastingsstromen.
HKL
LK1
Figuur 1: LK1 wordt gevoed vanuit HKL.
Voor een utiliteitsgebouw
Datakabel biedt mogelijkheden
Het gebruik van draadloze toepassingen is de laatste jaren flink toegenomen. Toch is wireless nog altijd minder betrouwbaar en stabiel dan bedrading. Databekabeling wint daarnaast terrein als voedingskabel. De juiste berekening van de bedradingsinstallatie is essentieel. Veel installateurs hebben nog te weinig kennis van zaken.
Jan Zeeman is werkzaam bij telematicadistributeur Rexcom en
‘We willen risico’s beheersbaar maken’
Nieuwe norm voor bliksembeveiliging in de maak
Bliksembeveiliging van installaties is een belangrijk onderwerp. Momenteel wordt er gewerkt aan een vernieuwde versie van de norm op dit gebied, NEN-EN-IEC 62305. Volgens Michiel Hartmann, voorzitter van NEN-normcommissie NEC 81 – waaronder de genoemde norm valt – is deze update hoognodig, onder meer vanwege de opkomst van PV-installaties. “Ik pleit
Hele keten aanspreken voor verstoring C2000
In delen van het land zijn er problemen met het C2000-netwerk. Storingen bemoeilijken de communicatie van de hulpdiensten, politie, brandweer en ambulance, die gebruik maken van het systeem. Onderzoek heeft uitgewezen dat PV-installaties de oorzaak zijn.
Eddie Hut, inspecteur Markttoezicht Agentschap Telecom: ”De hele keten is verantwoordelijk.”
“De eerste signalen over de problemen kwamen
Leidingberekening met NEN 4010 deel 2
In het artikel: “Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010”, heb ik stap 1 behandeld uit het onderstaande stappenplan (Figuur 1). Dit artikel vindt u hier: Zo maak je een eerste stap van een leidingberekening met NEN 4010. In dit nieuwe artikel komen de volgende stappen van leidingberekening aan de orde.
Auteur: Rob Kaspers
Figuur 1: Stappenplan uit 5.2.2 van NEN