Resultaat verfijnen

Normen
Status
Filters wissen
Zoeken in normenFilter resultaten
9494 resultaten
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:8.1.1.2.2   Nulleiding
Indien de aardingsvoorziening voor het gebruik in eilandbedrijf van de PEI de aardingsvoorziening is die wordt gebruikt voor het distributienet van de netbeheerder (zie 8-2:8-2:8.1.1.2.1), mag de nulleiding/middenleiding aangesloten blijven op het distributienet van de netbeheerder terwijl de verbinding van de fase-/poolleidingen bij het voedingspunt van de PEI wordt verbroken. Deze blijvende verbinding
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:8.1.1.5   Schakeltoestel voor eilandbedrijf
Schakeltoestellen voor eilandbedrijf zoals geïntroduceerd in 8-2:8-2:6.2 moeten voldoen aan de desbetreffende productnorm en moeten geschikt zijn voor scheiden.
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:8.1.2.2   Locatie van beveiligingstoestellen tegen overstroom
Bij de keuze en plaatsing van beveiligingstoestellen tegen overstroom moet rekening worden gehouden met alle mogelijke richtingen waarin stroom kan stromen en de desbetreffende polariteiten. De werking van deze beveiligingstoestellen tegen overstroom moet overeenkomen met de stroomrichting.Voor overbelastings- en kortsluitstroombeveiliging is het nodig een beveiligingstoestel te plaatsen bij het voedingspunt
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:8.1.2.3   Back-upbeveiliging
Als er een tweede beveiligingstoestel wordt gebruikt in de elektrische installatie overeenkomstig 434.5.1, moet bij de afstemming tussen twee of meer toestellen voor kortsluitbeveiliging rekening worden gehouden met alle mogelijke configuraties van voedingsbronnen. Dit vereist van de ontwerper van de installatie dat deze rekening houdt met alle mogelijke kortsluitstromen door alle toestellen voor kortsluitbeveiliging
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:8.1.3   Uitval van het openbare net
Wanneer het openbare net spanningsloos is, moeten prosumenten hun individuele PEI's in eilandbedrijf laten werken of automatisch alle lokale voedingsbronnen uitschakelen.Aangezien regelinrichtingen en beveiligingstoestellen vaker actief zouden kunnen zijn in een PEI dan in een gebruikelijke installatie, wordt aanbevolen de componenten te kiezen overeenkomstig de hogere prestatie-eisen (voor wat betreft
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:B.1.2   Eilandbedrijf
In deze bedrijfsmodus is de PEI losgekoppeld van het openbare net. Zie Figuur 8-2:B.2.Elektrische toestellen binnen de PEI worden gevoed vanuit de lokale voedingsbronnen en/of vanuit lokale opslageenheden, voor zover aanwezig.Lokale opslageenheden worden geladen vanuit een lokale voedingsbron of voeden de lokale elektrische toestellen.Belastingsafschakeling kan worden aanbevolen zolang eilandbedrijf
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:B.2.2   Eilandbedrijf
Vergelijkbaar met de individuele PEI behoren alle elektrische installaties te worden gescheiden van het openbare net en wordt de elektrische energie niet geleverd door de netbeheerder.Het volledige elektriciteitsverbruik van alle aangesloten elektrische toestellen van alle elektrische installaties wordt geproduceerd door lokale voedingsbronnen of door de lokale opslageenheden.Lokale opslageenheden
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:B.3   Bedrijfsmodi voor gedeelde PEI’s
8-2:B.3.1   Direct netvoedingsbedrijfAlle opslageenheden kunnen worden geladen:—   vanaf het openbare net; of—   vanaf de lokale voedingsbronnen; of—   vanaf voedingsbronnen die deel uitmaken van de groep prosumenten.In deze bedrijfsmodus kunnen elektrische toestellen worden gevoed vanaf:—   het openbare net; of—   elke lokale voedingsbron die deel uitmaakt van de groep prosumenten; of—   elke lokale
NEN 1010-8:2021 Norm
8-2:C.3   Spanningsregeling
Een juiste spanningsregeling vermijdt het circuleren van blindstroom tussen voedingsbronnen. In bepaalde architecturen kunnen de elektrische voedingsbronnen van een aantal prosumenten zich op geringe afstand van elkaar bevinden. De leidinginductie is niet hoog genoeg om de stromen te begrenzen die tussen bronnen van prosumenten lopen. In het geval van spanningsverlaging behoren de elektronische inrichtingen
NEN 1010-8:2021 Norm
8-3:5.3   Laadsysteem voor elektrische voertuigen
Een laadstation van het elektrische voertuig moet de volgende informatie overdragen aan het besturings- en bewakingssysteem van de PEI, indien nodig:—   verificatie van de juiste aansluiting van het elektrische voertuig op de PEI;—   het al dan niet activeren van het laden of het ontladen van het elektrische voertuig;—   instelling van de oplaad- en/of ontlaadsnelheid en de oplaad- en/of ontlaadtijd
Zoeken in de websiteFilter resultaten
135 resultaten
Pagina
Wijzigingen NEN 1010:2020 in de praktijk van de installateur
Tekst: Rob KaspersOp 23 april 2021 is NEN 1010:2020 gepubliceerd. In de loop van de tijd zijn er artikelen verschenen over de aard van de veranderingen. In de volgende serie artikelen over NEN 1010:2020 zal ik de aandacht vestigen op een aantal wijzigingen die concreet invloed hebben op de praktijk van de installateur, ontwerper, inspecteur, of installatieverantwoordelijke. NEN 1010:2020 houdt in
Pagina
Beschermende vereffening
Beschermende vereffening werd eerder basispotentiaalvereffening genoemd. Het heet nu beschermende vereffening om aan te duiden dat het om potentiaal vereffening gaat in verband met de veiligheid. Dit artikel gaat in op de werking van beschermende vereffening (niet te verwarren met de aanvullende beschermende potentiaalvereffening, zoals die in een ruimte met een bad of douche moet worden toegepast)
Pagina
Herziening Machinerichtlijn in de maak
Momenteel wordt hard gewerkt aan een herziening van de Machinerichtlijn. Deze richtlijn zal vervangen worden door de nieuwe Machineverordening. Hoewel de Machinerichtlijn voor het grootste deel nog behouden zal blijven, is deze op onderdelen toe aan vernieuwing. De huidige stamt immers uit 2006 en is op bepaalde onderdelen ingehaald door de stand der techniek. Wanneer precies deze Machineverordening
Pagina
Waarom een type B aardlekbeveiliging toepassen?
Auteur: Rob Kaspers In dit artikel gaat Rob Kaspers uit op de verschillende types aardlekschakelaars. En waarom je een type B aardlekbeveiliging moet toepassen. De toepassing van de type B RCD (aardlekbeveiliging), raakt steeds meer ingeburgerd. Toch zijn er genoeg voorbeelden van projecten waar type A RCD’s zijn toegepast, terwijl dit een type B moet zijn. Dat heeft nadelige gevolgen voor de
Vraag & antwoord
Op welke installaties is NEN 1010 van toepassing?
NEN 1010 is van toepassing op vast aangelegde elektrische installaties met lage spanning (tot 1000 V wisselspanning of 1500 V gelijkspanning). Bijvoorbeeld in woonhuizen, winkels, kantoorgebouwen, hotels, scholen, theaters en boerderijen. NEN 1010 is niet van toepassing op bijzondere installaties, zoals de elektrische uitrusting van machines, installaties op schepen en elektrische tractiesystemen
Vraag & antwoord
Bestaat er een NEN 1010-certificaat?
Nee, maar het is vaak wel mogelijk om na oplevering of inspectie van een installatie een verklaring te laten opstellen door een installateur of inspecteur waarin deze bevestigt dat de installatie voldoet aan NEN 1010. Een dergelijke verklaring kan worden beschouwd als ‘NEN 1010-certificaat’.
Vraag & antwoord
Wat is NEN 4010?
NEN 4010 is een norm met eisen voor het ontwerpen en het installeren van elektrische installaties voor laagspanning. Deze norm is gebaseerd op de Nederlandse omstandigheden en de algemene Nederlandse installatiepraktijk.
Vraag & antwoord
Als ik aan NEN 4010 voldoe, voldoe ik dan ook aan NEN 1010?
Met NEN 4010 voldoet u als installateur ook aan de elektrotechnische veiligheidseisen in de bouwwet- en regelgeving. Dat geldt alleen binnen het toepassingsgebied van NEN 4010. Voor onderwerpen die buiten het toepassingsgebied van NEN 4010 vallen, moet NEN 1010 worden gebruikt.