Resultaat verfijnen

Normen
Status
Filters wissen
Zoeken in normenFilter resultaten
6276 resultaten
NEN 1010:2020 Norm
522.8.8
Leidingsystemen die onverbrekelijk deel uitmaken van wanden, moeten horizontaal of verticaal zijn aangebracht ofwel parallel aan de hoeken van de ruimte.Leidingsystemen in plafonds of vloeren mogen de kortste route volgen die praktisch is.
NEN 1010:2020 Norm
522.8.13
Kabels, rails en andere elektrische geleiders die expansievoegen passeren, moeten zo zijn gekozen en aangebracht dat de voorziene beweging geen schade kan veroorzaken aan het elektrisch materieel, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een buigzaam leidingsysteem.
NEN 1010:2020 Norm
522.8.14
Op plaatsen waar leidingen door vaste afscheidingen voeren, moeten ze worden beschermd tegen mechanische beschadiging, bijvoorbeeld door gebruik te maken van met metaal afgeschermde of gearmeerde kabels, of door gebruik te maken van een buis of doorvoertules.OPMERKINGEen leidingsysteem behoort niet te worden aangelegd in dragende delen van een gebouwconstructie, tenzij de dragende eigenschappen
NEN 1010:2020 Norm
522.14   Aard van het materiaal dat wordt verwerkt of opgeslagen (BE)
Voor maatregelen voor bescherming tegen brand, zie rubriek 422 en voor maatregelen ter beperking van brandverspreiding, zie rubriek 527.
NEN 1010:2020 Norm
523.6.1
Er hoeft alleen rekening te worden gehouden met het aantal belaste geleiders in een stroomketen. Wanneer kan worden aangenomen dat geleiders in een meerfasestelsel symmetrisch zijn belast zonder dat er hogere harmonischen van betekenis zijn, kan de bijbehorende nulleiding buiten beschouwing blijven. Onder deze omstandigheden wordt aan een vieraderige kabel dezelfde hoogste toelaatbare stroom toegekend
NEN 1010:2020 Norm
524   Kerndoorsneden van geleiders
524.1   Om mechanische redenen mag de kerndoorsnede van faseleidingen in AC-stroomketens en van actieve geleiders in DC-stroomketens niet kleiner zijn dan de waarde vermeld in tabel 52.2.Tabel 52.2 — Minimale kerndoorsnede van geleidersType leidingsysteemToepassingDraden en adersMateriaalKerndoorsnedemm2 a Voor buigzame meeraderige leidingen met 7 of meer aders is OPMERKING 2 van toepassing.
NEN 1010:2020 Norm
524.2.1
De kerndoorsnede van de nulleiding mag niet kleiner zijn dan de kerndoorsnede van de fasen:—   in eenfaseketens met twee geleiders, onafhankelijk van de doorsnede;—   in meerfasestroomketens, wanneer de kerndoorsnede van de fasen minder is dan of gelijk is aan 16 mm2 bij koper of 25 mm2 bij aluminium;—   in driefasestroomketens met mogelijk derde harmonische stromen en oneven veelvouden van derde
NEN 1010:2020 Norm
525   Spanningsverlies in installaties van verbruikers
nlbHet spanningsverlies tussen het begin van een installatie en de aansluitpunten mag bij normaal bedrijf niet meer dan 5 % van de nominale spanning bedragen.nlbBij afwezigheid van enige andere overweging zou het spanningsverlies tussen het begin van een installatie en het materieel niet meer mogen bedragen dan hetgeen wordt gegeven in tabel 52.G.1.OPMERKINGAndere overwegingen omvatten aanlooptijden
NEN 1010:2020 Norm
526.3
Alle verbindingen moeten toegankelijk zijn voor inspectie, beproeving en onderhoud, met uitzondering van:—   verbindingsconstructies die zijn ontworpen om in de grond te worden gelegd;—   met compound gevulde of ingekapselde verbindingsconstructies;—   verbindingsconstructies tussen een koude uitloper en het verwarmingselement van plafond-, vloeren lintverwarmingssystemen;—   een verbindingsconstructie
NEN 1010:2020 Norm
527.2.1
Op plaatsen waar leidingsystemen door bouwelementen zijn geleid, zoals door vloeren, muren, daken, plafonds, scheidingswanden of spouwmuren, moeten openingen die er na het aanbrengen van de doorvoeringen nog zijn, zo worden afgedicht dat de brandwerendheid ervan ten minste gelijk is aan de brandwerendheid die het desbetreffende bouwelement zelf vóór het aanbrengen van de doorvoering moet hebben
Zoeken in de websiteFilter resultaten
132 resultaten
Pagina
Beschermende vereffening
Beschermende vereffening werd eerder basispotentiaalvereffening genoemd. Het heet nu beschermende vereffening om aan te duiden dat het om potentiaal vereffening gaat in verband met de veiligheid. Dit artikel gaat in op de werking van beschermende vereffening (niet te verwarren met de aanvullende beschermende potentiaalvereffening, zoals die in een ruimte met een bad of douche moet worden toegepast)
Pagina
Herziening Machinerichtlijn in de maak
Momenteel wordt hard gewerkt aan een herziening van de Machinerichtlijn. Deze richtlijn zal vervangen worden door de nieuwe Machineverordening. Hoewel de Machinerichtlijn voor het grootste deel nog behouden zal blijven, is deze op onderdelen toe aan vernieuwing. De huidige stamt immers uit 2006 en is op bepaalde onderdelen ingehaald door de stand der techniek. Wanneer precies deze Machineverordening
Pagina
Waarom een type B aardlekbeveiliging toepassen?
Auteur: Rob Kaspers In dit artikel gaat Rob Kaspers uit op de verschillende types aardlekschakelaars. En waarom je een type B aardlekbeveiliging moet toepassen. De toepassing van de type B RCD (aardlekbeveiliging), raakt steeds meer ingeburgerd. Toch zijn er genoeg voorbeelden van projecten waar type A RCD’s zijn toegepast, terwijl dit een type B moet zijn. Dat heeft nadelige gevolgen voor de
Vraag & antwoord
Op welke installaties is NEN 1010 van toepassing?
NEN 1010 is van toepassing op vast aangelegde elektrische installaties met lage spanning (tot 1000 V wisselspanning of 1500 V gelijkspanning). Bijvoorbeeld in woonhuizen, winkels, kantoorgebouwen, hotels, scholen, theaters en boerderijen. NEN 1010 is niet van toepassing op bijzondere installaties, zoals de elektrische uitrusting van machines, installaties op schepen en elektrische tractiesystemen
Vraag & antwoord
Bestaat er een NEN 1010-certificaat?
Nee, maar het is vaak wel mogelijk om na oplevering of inspectie van een installatie een verklaring te laten opstellen door een installateur of inspecteur waarin deze bevestigt dat de installatie voldoet aan NEN 1010. Een dergelijke verklaring kan worden beschouwd als ‘NEN 1010-certificaat’.
Vraag & antwoord
Wat is NEN 4010?
NEN 4010 is een norm met eisen voor het ontwerpen en het installeren van elektrische installaties voor laagspanning. Deze norm is gebaseerd op de Nederlandse omstandigheden en de algemene Nederlandse installatiepraktijk.
Vraag & antwoord
Als ik aan NEN 4010 voldoe, voldoe ik dan ook aan NEN 1010?
Met NEN 4010 voldoet u als installateur ook aan de elektrotechnische veiligheidseisen in de bouwwet- en regelgeving. Dat geldt alleen binnen het toepassingsgebied van NEN 4010. Voor onderwerpen die buiten het toepassingsgebied van NEN 4010 vallen, moet NEN 1010 worden gebruikt.
Vraag & antwoord
Hoe leg ik vast dat ik volgens NEN 4010 werk?
U kunt in de afspraken die u met uw opdrachtgever maakt, vastleggen dat u volgens NEN 4010 werkt.
Vraag & antwoord
Welke stroomstelsels behandelt NEN 4010?
NEN 4010 behandelt de volgende stroomstelsels en wijzen van aarding: — TN-stelsels met één voedingsbron; — TN-stelsels met meerdere voedingsbronnen; — TT-stelsel.
Vraag & antwoord
Welke elektrische installaties en onderwerpen vallen buiten het toepassingsgebied van NEN 4010?
De volgende elektrische installaties en onderwerpen vallen buiten het toepassingsgebied van deze norm: Gelijkstroominstallaties (DC); IT-, IU- en IM-stroomstelsels; TN-C-stroomstelsels; Beveiliging tegen overspanning veroorzaakt door aardfouten; Laagspanningsopwekeenheden. Daarnaast is NEN 4010 niet van toepassing op elektrische installaties van: Jachthavens en vergelijkbare terreinen